Wij, de Nutopische meisjes, waren compleet uitgeput van onze Camping Rotterdam avonturen. Na drie weken uitslapen voelden we ons wel weer fit genoeg om een kijkje te nemen op Proefpark de Punt. Tenslotte moesten er weer stukjes geschreven worden. Maar pfff....wat was het heet.
Het beste kun je dan binnenblijven hè, met de ramen en gordijnen lekker dicht. Maar helaas, in ons transparante tuinhuis van plastic is op geen enkele manier schaduw of koelte te vinden. Sterker nog, ons plastic tuinhuis was in de tijd dat wij niet aanwezig waren, zo ernstig mishandeld (waarschijnlijk door kabouters met stokken), dat er aan alle kanten door grote, gapende openingen warme stromen lucht naar binnen waaiden.
Dit noemen wij nou een typisch voorbeeld van VELDVANDALISME.
Dat kon natuurlijk niet zo. Als wij hier dan moesten wachten tot de andere mensen uit hun huizen zouden komen om ons te verwennen met de allernieuwste verhalen, wilden wij dat ook binnen doen. Buiten blijven was geen optie. Maar hoe kregen we die gaten dicht? En schaduw, waar gingen we die vinden?
Onze vaste klusjesman, al weer enige tijd buiten dienst, was expert in het repareren van plastic muren. Hij gebruikte voor de bevestiging popnagels. Het popnagelschietpapparaat lag in de container met gereedschap. Jacoline en ik snelden ons door de zon naar de andere kant van het veld. Bij het openen van de containerdeur viel er van alles naar buiten. Tafeltjes, klapstoelen, vuurtonnen, grasmatten, windschermen, priklampjes, tenten en teiltjes. "Oh ja", zei Jacco. "De camping spullen." Die lagen hier slechts tijdelijk. Die moesten verplaats worden naar de gele keet links van het veld.
Hmm. We keken elkaar aan. Om bij het popnagelschietapparaat te komen moesten we eerst deze bende wegwerken. Het was een moment van waarheid. Zijn we vandaag lui of niet? We besloten van niet. Die gaten moesten dicht.
We sjouwden alle troep naar het stoepje voor de gele keet. Toen moest het worden opgeborgen in de gele keet. Bij het openen van de deur zagen we dat de gele keet al best vol stond. Om alles netjes op te bergen en overal nog goed bij te kunnen moest eerst alles uit de gele keet en dan systematisch weer in de gele keet. We keken elkaar aan. Alweer een moment van waarheid. We waren vandaag niet lui, maar constructief? In die hitte?
We besloten van wel. Daar zouden we later plezier van hebben. Plezier is wat we willen. En schaduw. Tussen de campingspullen zaten ook nog wat parasols. De schaduw was geregeld. We verdeelden de taken. Ik de gele keet. Jacoline de plastic muren.
Na een half uur grondig graaien in de rekken van de container vond Jacoline het popnagelschietapparaat. Maar hoe dat ding werkte, geen idee. Ze besloot er een studie van te maken tijdens de lunch onder de parasol bij het tuinhuis.
Terwijl we daar zo zaten met het popnagelschietapparaat en boterhammen met eiersalade, zag ik in de verte een man aankomen. Ik zag gelijk wie het was. "Kijk", riep ik, "het is Sukru!" Sukru was nog niet zo lang geleden voor het eerst op de koffie geweest in het tuinhuis. Hij had toen beloofd om snel eens te komen helpen. Als geroepen kwam hij nu.
"Dat is popnagelschietapparaat!", riep Sukru direct. Verheugd keken wij hem aan! "Wat jullie schieten?", vroeg Sukru. "We willen de gaten in het tuinhuis dichtmaken met nieuw plastic, Sukru. Wil jij misschien helpen?", vroeg Jacoline. Het was een moment van waarheid. We zagen hem denken. Hou ik me aan mijn belofte? Met die hitte?
Hij besloot van wel. Ik ging weer verder met mijn gele keet en Jacoline en Sukru werkten keihard samen aan de nieuwe plastic muren. Ik hoorde ze slopen, zagen, poppen en schroeven.
Dit noemen wij nou een typisch voorbeeld van BUURTPARTICIPATIE.
Om een uur of half drie waren alle klussen geklaard. Opgeruimd was de gele keet en werkelijk prachtig waren de nieuwe muren. Jacoline maakte een vreugdedans bovenop het oude, kapotte plastic." Weg ermee, weg ermee", zong ze als een dwaze nimf. De zonnesteek leek nabij. Daarom traden het vernieuwde tuinhuis binnen. Er was schaduw en het was windstil. Jacoline en ik keken elkaar aan. Het was een moment van waarheid. "Ik jullie naar strand brengen?", vroeg Sukru. "Ik heb mooi lease-auto."
We besloten van niet. Maar we gingen er wel vandoor, het was genoeg geweest zo. We bedankten Sukru hartelijk voor zijn geweldige bijdrage aan deze productieve dag. We mochten hem vaker bellen, zei hij. Hij had het best leuk gevonden. Hij zoefde weg in zijn zwarte Volvo en wij zwaaiden hem uit tot we niets anders zagen dan stof.
Einde