De doornappel (Datura stramonium) is een plant uit de nachtschadefamilie (Solanaceae). Het is een zeer giftige plant die hallucinogene alkaloiden bevat. De bladeren zijn onregelmatig van vorm met brede tanden. De trechtervormige bloemen zijn lang evenals de kelk die vijfkantig is. De doosvrucht is eivormig en getand.
De plant komt vrij algemeen voor op mesthopen in tuinen en bouwland, vooral op kalkrijke bodem, in Europa meestal wat zuidelijker dan Nederland. Cultivars worden wel geregeld in tuinen gekweekt. De eenjarige plant is erg vorstgevoelig. Daarnaast zijn er een paar datura soorten die als kuipplant gekweekt worden in Nederland. De nederlandse naam van deze overblijvende soorten die vorstvrij moeten overwinteren is Engelentrompet.
Door indianen werd de plant wel gebruikt om hallucinaties op te wekken. Dit is niet ongevaarlijk en bij overdosering kan de afloop fataal zijn. Zelfs nu wordt de doornappel nog gebruikt door recreatieve drugsgebruikers. Dit is bijna altijd een bad trip. Er wordt namelijk vaak overgedoseerd en de grens tussen effect en overdosering is klein. Dus, don't try this at home (....).
Een oude mythe vertelt het verhaal van de prachtige doornappelboom in het paradijs. Toen de slang Eva had verleid tot het eten van de verboden vrucht, sprak God een vloek over hem uit. De slang kronkelde om de toen nog prachtige doornappelboom en verontreinigde deze. Hierdoor werd de doornappelboom steeds kleiner, totdat het een kleine plant was geworden. De appels draagt hij nog steeds. De stekels verbeelden de tanden van de slang waaraan hij zijn lot heeft te danken.
De doornappel staat bekend als heksenkruid. Volgens overleveringen zou de doornappel door heksen gebruikt zijn in hun vliegzalf. In India en Zuid Amerika wordt de plant als heilig beschouwd.
Oscar Langerak | 22 september 2009Dit vind ik nou een leuk stukje om te lezen. Dat je dit allemaal weet, Peter! Er is blijkbaar veel te vertellen over planten. |